Afspraak = afspraak? Of toch niet?

We kunnen het ons bijna niet meer voorstellen, een tijd waarin corona niet onze gesprekken domineert. De huidige maatregelen zullen – in ieder geval – nog tot 2 maart 2021 worden voortgezet. Dit is voor iedereen een last, maar helemaal voor ondernemers waarvan de zaak tenminste tot 2 maart dicht moet blijven, terwijl de bedrijfsmatige huur doorloopt. Deze huur is – zelfs met de steunmaatregelen – voor sommige ondernemers niet of niet geheel meer op te brengen. Aan de andere kant hebben verhuurders eveneens een probleem als een huurder of meerdere huurders de huur niet langer (tijdig) voldoen. In eerste instantie geldt natuurlijk de regel: Afspraak = afspraak, maar is dit altijd het geval, zelfs in ‘Corona-tijd’? Het lijkt een trend te worden dat kortgedingrechters in Nederland huurkorting dan wel huuruitstel toekennen voor ondernemers die ten gevolge van de coronacrisis niet langer in staat zijn de maandelijkse huur te betalen.

Stap 1 Huurcontract

Bekijk allereerst het huurcontract zelf, of je als huurder/verhuurder al een afspraak hebt gemaakt, of juist een beroep kan doen op een bepaling die al is afgesproken. Mocht geen bepaling zijn opgenomen – wat in de meeste gevallen zo is, nu Corona door iedereen een onvoorziene omstandigheid betreft – dan dien je met elkaar in overleg te treden op welke wijze hiermee om wordt gegaan, nu beiden belang hebben bij het wel (verhuurder)/niet (huurder) nakomen van de overeenkomst. Dit leidt tot verschillende uitkomsten, waarbij partijen een percentage huurkorting kunnen afspreken, dan wel huuruitstel afspreken, dan wel dat geen afwijking van het contract afspreken.

Stap 2 Kantonrechter

Mochten partijen geen overeenstemming bereiken, dan kan de verhuurder naar de kantonrechter stappen om ofwel de huurovereenkomst te beëindigen en ontruiming te vorderen (nu niet aan de overeenkomst wordt voldaan) dan wel kan de huurder proberen alsnog een aanpassing van het huurcontract te verkrijgen.

Tot nu toe blijkt uit diverse uitspraken van de kort geding rechter dat de Coronacrisis als onvoorziene omstandigheid wordt gekwalificeerd en dat de gevolgen daarvan niet geheel voor rekening dienen te komen van de huurder, door vast te houden aan het gesloten huurcontract. Met andere woorden: de verhuurder kan in een dergelijk geval, waarin sprake is van overheidsmaatregelen ten gevolge van de Coronacrisis die tot schade aan de zijde bij de huurder leiden, geen ongewijzigde instandhouding van het contract verwachten. De meeste rechters oordelen dat redelijk is dat de gevolgen van de corona-crisis in dat geval worden gedeeld, nu ook de verhuurder geen verwijt te maken valt voor het volledig wegvallen van het gebruik van het pand (in geval van restaurant/winkel) of het wegvallen van omzet door overige maatregelen (niet zijnde horeca/winkel). In feite past de rechter de huurovereenkomst aan naar de onvoorziene omstandigheid van Corona.

Probeer dus, als het kan, samen tot een redelijke oplossing te komen. Voor alle ondernemers die hiermee te maken hebben: veel sterkte. Mochten er nog gerichte vragen zijn, dan kunt u deze altijd aandragen voor een volgende column!